Volledige of gedeeltelijke, gekleurde of witte ringen om de zon of de maan. Ze zijn zeer verschillend van uiterlijk en komen meestal
voor in wolken in hogere luchtlagen, zoals cirrus en cirrostratus, of bij lichte ijsnevel. Deze ijsnevel of hoge bewolking is soms zo ijl dat hij niet te zien is. De halo is dan de enige aanwijzing van de aanwezigheid van deze bewolking of nevel. De halo wordt veroorzaakt door de breking en terugkaatsing van zon- of maanlicht in en op de ijskristallen waaruit de genoemde bewolking bestaat. Van de vorm en de oriëntatie van de
kristallen zal afhangen in welke vorm de halo zich vertoont. Soms zijn verschillende vormen tegelijk aanwezig. De voornaamste vormen zijn: de halo van 22° (kleine of gewone kring), de halo van 46° (grote kring), de parhelische ring, de raakboog, de circumzenitale boog, de bijzon, de tegenzon en de bijtegenzon, de onderzon en de lichtzuil. Halo-verschijnselen, die zich in de buurt van de zon bevinden, zoals de kleine kring en de bijzonnen, zijn het best te observeren door een zonnebril. Bij de maan zijn de halo's met het blote oog goed waar te nemen, zij het dat door de geringe lichtsterkte de kleuren niet te zien zijn.
Meest recente reacties
15.11 | 09:54
Dag Bert,
Door alle "mailperikelen" van school ontvang ik al een paar weken geen weerbericht meer.
Misschien is er iets aan te doen?
Hartelijke groet en bij voorbaat mijn dank!
Paul.
04.08 | 15:05
Dag Hennie,
Dat is nog wat te ver weg om gedegen uitspraken over te doen. Gezien het aantal hogedrukgebieden deze zomer zou het zomaar kunnen dat dit beeld zich ook door laat trekken tot aan oktober.
02.08 | 20:28
Kan je al iets zeggen wat september gaat worden. Krijgen we een nazomer, want dan hebben wij vakantie….en aangezien we dit jaar in Nederland blijven, zou het toch leuk zijn….
Graag hoor ik van je…
25.07 | 07:01
Dankjewel! Duidelijke uitleg